Loving-kindness en compassiemeditatie (LKCM)
Een samenvatting en bespreking van:
Wang, R., Gu, X., Zhang, Y., Luo, K., & Zeng, X. (2024). Loving‐kindness and compassion meditations in the workplace: A meta‐analysis and future prospects. Stress and Health, 40(1), e3273. https://doi.org/10.1002/smi.3273
Auteurs: Marleen ter Avest i.s.m. Martin van Boxtel en Wendy Kersemaekers
Loving-kindness en compassiemeditatie (LKCM) lijkt een positieve bijdrage te kunnen leveren aan het verbeteren van gezondheid en welzijn op de werkvloer. Uit een recente meta-analyse van 21 studies blijkt dat LKCM gepaard gaat met vermindering in burn-out en stress klachten onder werknemers, en bijdraagt aan een toename in mindfulness, zelfcompassie en persoonlijke mentale gezondheid. Ook lijken interpersoonlijke relaties en iemands werkhouding positief beïnvloed te worden door LKCM. Benieuwd naar de details van deze bevindingen en welke factoren de impact van LKCM mogelijk kunnen beïnvloeden? Lees dan verder en ontdek de belangrijkste inzichten voor toekomstig onderzoek en de praktijk!
Introductie
Loving-kindness en compassie meditatie (LKCM) wordt steeds vaker ingezet om het welzijn van werknemers en hun fysieke en mentale gezondheid te verbeteren (Galante et al., 2014). De meeste LKCM-interventies in psychologisch onderzoek en in de praktijk worden in seculiere vorm gepresenteerd. Er zijn vier subtypes van LKCM te onderscheiden, namelijk loving-kindness (vriendelijkheid), compassie (sensitiviteit voor lijden en de bereidheid om dit te voorkomen of te verlichten), medevreugde (blij zijn voor anderen), en gelijkmoedigheid (een vredige houding met wijsheid te midden van alles). Tot op heden zijn er wel eerdere studies uitgevoerd naar de effecten van LKCM onder werknemers, maar er is niet eerder een systematische review verschenen dat zich puur richtte op de effectiviteit van LKCM onder werknemers. Hier hebben Wang en collega’s (2024) zich dan ook op gericht, waarbij hun doel tweeledig was:
- De effectiviteit van LKCM onder werknemers beoordelen.
Dit deden zij op de volgende acht uitkomstmaten: 1. stress; 2. burn-out; 3 werkhouding; 4. persoonlijke mentale gezondheid; 5. interpersoonlijke relaties; 6. psychologische hulpbronnen; 7. mindfulness; en 8. zelfcompassie. - Mogelijke variabelen (moderatoren) identificeren die invloed zouden kunnen hebben op de sterkte van het effect van LKCM beoefening op uitkomstmaten.
Hiervoor werden de volgende variabelen onderzocht: 1. focus van de interventie (gericht op zelf vs. anderen); 2. lengte van de interventie; 3. type beroep (wel vs. niet dienstverlenend); 4. leeftijd; en 5. gender (man vs. vrouw).
Methode
Via verschillende databases hebben Wang en collega’s (2024) gezocht naar studies die tot 3 maart 2022 gepubliceerd waren en zich richtten op de effecten van LKCM beoefening onder werknemers. Er bleken in totaal 327 empirische studies te zijn gepubliceerd, waarvan er 21 studies zich daadwerkelijk op werknemers hadden gericht en voldoende informatie verschaften om meegenomen te kunnen worden in de huidige meta-analyse, welke in totaal 1642 werknemers bevatte. Onder deze studies waren 135 verschillende uitkomstmaten, welke vervolgens werden onderverdeeld in 8 categorieën op basis van conceptuele overeenkomsten, namelijk:
- Burnout: uitputting, depersonalisatie, persoonlijke prestatie, burn-outsyndroom.
- Stress: ervaren stress, secundaire trauma stress
- Persoonlijke mentale gezondheid: angst, depressie, subjectief welzijn, geestelijke gezondheid
- Werkhoudingen: arbeidstevredenheid, werktevredenheid
- Interpersoonlijke relaties: interpersoonlijk conflict, compassie voor anderen, vertekening, communicatievaardigheden, relatie tevredenheid.
- Psychologische hulpbronnen: dankbaarheid, zelfvertrouwen, veerkracht, zelfredzaamheid, zelfbeheersing
- Zelfcompassie: over-identificatie, vriendelijkheid voor zelf, isolatie, medemenselijkheid, zelfveroordeling.
- Mindfulness: state mindfulness, cognitieve en affectieve mindfulness
Resultaten
- De effectiviteit van LKCM onder werknemers
- Bij het samenvoegen van zowel ongecontroleerde als gecontroleerde studies bleek dat LKCM een significant middelmatig effect had op alle acht uitkomst categorieën, waarvan de effecten op stress, mindfulness en zelfcompassie het sterkst waren. Er werd een verscheidenheid aan effectgroottes aangetroffen (ook wel heterogeniteit genoemd) op de uitkomstcategorieën persoonlijke mentale gezondheid, werkhoudingen, interpersoonlijke relaties, psychologische hulpbronnen, mindfulness en zelfcompassie, maar niet bij stress en burn-out, waardoor de laatste twee genoemde uitkomstcategorieën niet meegenomen werden in de (moderatie) analyse.Indien alleen studies werden meegenomen die LKCM interventies vergeleken met een andere controleconditie, zoals een wachtlijst of mindfulness-based stress reductie training, kwam naar voren dat LKCM een middelmatig effect had op persoonlijke mentale gezondheid, interpersoonlijke relaties, psychologische hulpbronnen, mindfulness en zelfcompassie, maar niet op burn-out of stress ten opzichte van de controle conditie. Het effect van LKCM op werkattitudes kon niet worden uitgevoerd wegens een beperkt aantal gecontroleerde studies.
- Variabelen (moderatoren) die invloed zouden kunnen hebben op de sterkte van het effect van LKCM beoefening op uitkomstmaten
- Uit de resultaten van de moderatieanalyses bleek dat het type beroep van de deelnemers (wel vs. niet dienstverlenend beroep), iemands geslacht (man vs. vrouw) en de focus van LKCM (zelf vs. anderen) de omvang van de LKCM-effecten mogelijk verschillend kunnen beïnvloeden.Zo leek er een tendens aanwezig dat mensen in dienstverlenende beroepen wellicht sterkere effecten van LKCM op persoonlijke mentale gezondheid en interpersoonlijke relaties ondervinden ten opzichte van hen zonder een dienstverlenend beroep. Daarnaast bleek onder vrouwen het effect van LKCM op de werkhouding zwakker en op mindfulness juist sterker dan onder mannen. Tot slot bleek dat LKCM gericht op zichzelf wel, maar gericht op een ander geen significant effect liet zien op persoonlijke mentale gezondheid, terwijl het tegenovergestelde het geval bleek te zijn bij werkhoudingen en psychologische hulpbronnen, zoals dankbaarheid, zelfvertrouwen, veerkracht, zelfredzaamheid en zelfbeheersing.
Conclusie
Uit de huidige meta-analyse blijkt dat LKCM een positief effect kan hebben op acht uitkomst categorieën onder werknemers, waaronder burn-out, stress, werkattitudes, mindfulness, zelfcompassie, persoonlijke mentale gezondheid, interpersoonlijke relaties en psychologische hulpbronnen. Ook werden enkele variabelen geïdentificeerd die mogelijk invloed hebben op de sterkte van het effect van LKCM op uitkomstmaten, zoals het al dan niet hebben van een dienstverlenend beroep, geslacht en de focus van de LKCM op zelf of op anderen.
Beschouwing
LKCM lijkt op verscheidene manieren een positieve bijdrage te kunnen leveren aan werknemers, waarbij er enkele aanwijzingen zijn gevonden die richting geven voor de specifieke toepassing van LKCM onder werknemers. Zo lijkt LKCM met name behulpzaam te kunnen zijn onder mensen met een dienstverlenend beroep. Daarnaast lijkt LKCM gericht op zichzelf van meerwaarde in werkvelden waar mentale gezondheid een probleem is, terwijl LKCM gericht op een ander juist een positieve bijdrage kan leveren aan de werktevredenheid en/of psychologische hulpbronnen onder werknemers. Toekomstig onderzoek dient dit echter nog te bevestigen.
Over het algemeen bevindt de toepassing van LKCM in organisaties zich nog in een vroeg stadium, waardoor het zinvol en noodzakelijk is om de effecten van LKCM onder werknemers verder te onderzoeken. Zo dient er nog meer onderzoek te worden gedaan waarbij LKCM als interventie wordt vergeleken met een andere actieve interventie, en weten we nog weinig over de effecten van LKCM onder werknemers op de lange termijn. Daarnaast is verder onderzoek naar de mogelijke onderliggende werkingsmechanismen, zoals zelfcompassie, mindfulness en positieve emoties, en moderatoren nodig. Dit kan helpen om enerzijds LKCM interventies te verbeteren en anderzijds werknemers te identificeren die vooral baat zouden kunnen hebben bij een LKCM interventie op de werkvloer. Tot slot zijn tot op heden mogelijke werkingsmechanismen en uitkomstmaten op team- en organisatieniveau nog weinig onderzocht, zoals bijvoorbeeld werkklimaat, gedeelde normen en waarden en teamwerk. Dit zou in toekomstig onderzoek dan ook zeker van toegevoegde waarde kunnen zijn.