Interview met Maria van Balen
In gesprek met Maria van Balen, gestalttherapeut, o.a. directeur GGZ-instelling en mindfulnesstrainer: hoe kon mindfulness een plek verwerven binnen de reguliere gezondheidszorg? Waarin verschilt mindfulness van andere benaderingswijzen in behandeling?
Wat deed je besluiten om bestuurslid te worden?
Toen ik 14 jaar geleden begon aan de mindfulnesstraining bij Johan (Tinge, red.) was ik directeur van een instituut voor psychosociale ondersteuning, een GGZ-instelling voor mensen met kanker. Als Gestalttherapeut was ik geïntrigeerd geraakt door mindfulness, al bestond mijn dagelijks werk in die tijd hoofdzakelijk uit managementtaken. Johan had me uitgenodigd kennis te maken met mindfulness. Ik was enthousiast. Dit was precies wat ik zocht. Dus toen heb ik tegen Johan gezegd: als jij een opleiding gaat starten, dan ben ik van de partij. Zo kwam ik in die eerste opleidingsgroep. Pionieren is iets voor mij. Vanuit niets iets maken en ontwikkelen, dat vind ik leuk. Er moest veel uitgevonden worden. In die eerste opleidingsgroep was ik een van de weinigen met een managementachtergrond. Dus toen er gesprekken kwamen over het oprichten van een vereniging kon ik inbrengen wat er voor de organisatie daarvan nodig is.
We (Johan, Alie, Ingrid en ik) besloten alle sleutelfiguren binnen de mindfulness bij elkaar te roepen, presenteerden het idee van een vereniging en hadden nagedacht over criteria. Onze belangrijkste motivatie was kwaliteitsbewaking en ook natuurlijk verenigen en verbinden. Dit wilden we als concept bespreken. Het werd een enorme discussie. Er was een andere mening die pleitte voor het open houden, het niet uitsluiten van lidmaatschap. Ik ben van mening dat elke groep, elke organisatie per definitie in- en uitsluit. Dat is een realiteit die je onder ogen moet zien, dat er grenzen zijn. Dus als je zegt dit zijn mindfulnesstrainers die erbij horen, dan zijn er ook die erbuiten vallen. Iedereen verwelkomen is niet logisch. Wij namen daarin een duidelijk standpunt in en daardoor bleven de meningen verdeeld in de groep met sleutelfiguren. Toch besloten we op dat moment om door te gaan met het opzetten van een officiële vereniging met lidmaatschapseisen.
Hoe is vergoeding door zorgverzekeraars voor categorie 1-trainers gerealiseerd?
Het begon met de vraag: kunnen we een plek verwerven binnen de reguliere gezondheidzorg? Als directeur van bovenstaande instelling in de gezondheidszorg had ik dit eerder bij de hand gehad. Ik ben gaan praten met zorgverzekeraars en anderen hebben dat daarna voortgezet. Het heeft lang geduurd en uiteindelijk is die plek verkregen. Een van de aandachtspunten was dat we het 8-weekse MBSR-programma niet zagen als specialisatie van psychologische behandeling. Dat haalt het wezen van mindfulness onderuit, namelijk dat je mensen faciliteert om te ervaren hoe ze zichzelf kunnen ondersteunen. Als therapeut of psycholoog ben je de professional die er op aan stuurt om iets te verbeteren of op te lossen. Eén van de essenties van een Mindfulnesstraining is je toewenden naar de pijn of het lijden en daar mee ‘verweilen’. Leren te zijn met wat er is en zo de draagkracht leren vergroten. Een wezenlijk andere benadering dan verbeteren of oplossen. Mindfulness verdient een eigen domein binnen de zorg.
Het bestuur was een hecht team. Steeds verblijven in onzekerheid. Waar horen we thuis? Als dat niet binnen het domein van de psychologie is, waar dan wel? Ons doel was om buiten het alternatieve circuit uit te blijven. Waar mindfulness precies thuishoort is nog steeds niet helemaal helder. Ook internationaal gezien niet. Voor nu gebruiken we internationaal graag het begrip ‘mindful society’ als iets waar we naar toe willen werken. Met inzet in diverse domeinen zoals onderwijs, zorg, werk en gevangeniswezen etc. Mindfulness is ook geen religie. ‘Leefstijl’ komt in de buurt van wat we aanbieden. Dit begrip wordt tegenwoordig veel door zorgverzekeraars gebruikt dus misschien kunnen we daarbij aansluiten. Mindfulness kan in alle sectoren van de samenleving ingevoerd worden om over de volle breedte mindful te worden. In het Britse parlement is in 2015 het rapport ‘Mindful Nation’ gepubliceerd.
Als afgevaardigden van de VMBN zitten Lot (Heijke, red.) en ik in een internationaal netwerk binnen Europa. Afgelopen augustus is EAMBA, the European network of Associations of Mindfulness based Approaches, geformaliseerd. Ik heb bijgedragen aan de opzet ervan maar zit niet in het bestuur. Dat is een eigen keuze. Graag wil ik me inzetten voor het idee om Europese gemeenschappen meer mindful te maken maar niet meer vanuit een bestuursfunctie. Ik werk voornamelijk binnen de oncologie; begeleid mensen individueel en geef mindfulnesstrainingen aan mensen met kanker en hun naasten. Ik werk met het MBSR curriculum afgestemd op deze specifieke doelgroep. Ook geef ik les aan trainers in Nederland en in het buitenland.
Hoe ga je zelf om met het vele werk?
Mensen die mindfulnesstrainer worden zijn zelf het meest stressgevoelig. In het bestuur van de VMBN maakten we daar vaak grapjes over. Hoe ik daar mee om ga? Steeds weer balans blijven zoeken en mijn eigen ontwikkelpad volgen. Retraites en intervisie helpen mij daar enorm bij. Die volle agenda komt telkens weer terug. Ik heb inmiddels geaccepteerd dat dat bij mij hoort. Ik zeg nu tegen mezelf ‘ik heb het lekker druk’ in plaats van ‘hoe ga ik dit allemaal volhouden’ dat is een perspectiefwisseling die voor mij een groot verschil maakt. Een stuk lichter. Zo blijf ik zelf ook actief met mindfulness. Al 12 jaar geef ik dezelfde MBSR-training en het verveelt nooit. Iedere keer weer met een beginnersmind beginnen. Met elke groep is het opnieuw de kunst om weer mee te gaan met het hele proces. Je leert zelf elke keer weer in plaats van dat je de trainer bent die het al weet. Mensen beginnen vol verwachting aan de training en ervaren gaandeweg hun worstelingen. Tegen het einde is er ruimte en wordt die ruimte ervaren. Iedere training weer: geen modder, geen lotus.
Hoe zie je de VMBN verder gaan?
Ik zou het samengaan met de VVM toejuichen. Doorgaan op de ingeslagen weg en verder met een plek verwerven voor mindfulness in de maatschappij. Bijvoorbeeld nu verder met nadenken over criteria voor supervisoren. We worden als vereniging volwassen. Waar we begonnen met alleen MBSR en MBCT programma’s, komen er nieuwe programma’s bij. Als mindfulness de boom is, dan komen er andere loten of takken bij, naast MBSR. Ik denk dat het wel belangrijk is om te blijven discussiëren over kwaliteit, integriteit en begrenzingen. Dat zal blijven schuren, zoals al vanaf het begin. Wrijving geeft glans. Niet alleen lief zijn en zoeken naar overeenkomsten. We zijn begrensd, beperkt en verschillend en tegelijkertijd kunnen we zoveel mogelijk ruimte geven aan verschillen. Ook internationaal is dat een thema; ‘diversity’ and ‘inclusiveness’ . Als directeur heb ik vaak medewerkers uitgenodigd te blijven staan in de spanning van tegengestelde meningen Het gaat niet over goed of fout, het gaat over verschillen. Door vervolgens in gesprek te blijven krijg je verdieping en is er een werkelijke ontmoeting. Leren leven met tegenstellingen, die er altijd zijn in het leven. Juist door verschillen te accepteren kunnen we volgens mij eenheid ervaren; common humanity. En soms moet je een grens aangeven en kunnen zeggen dat een trainersprofiel niet aansluit bij de gestelde criteria.
Wat wens je de VMBN en haar leden toe?
Ik hoop dat de VMBN voor haar leden als een thuisbasis aanvoelt, waarin we van elkaar mogen verschillen en er ruimte is voor verschil en waarin we elkaar blijven aanspreken en stimuleren om de kwaliteit van onze trainingen te waarborgen.
Is er een wellicht een citaat of gedicht dat dit wat jou betreft goed verwoordt?
‘The wound is the place where the Light enters you’
Rumi
En
‘Out beyond ideas of wrongdoing and rightdoing there is a field, I will meet you there’
Rumi